Er is onder tv-makers veel discussie over de betrouwbaarheid van de kijkcijfers die Stichting KijkOnderzoek dagelijks publiceert. Dat stelt Peter van der Vorst in zijn column in Televizier. In de tv-wereld hangt alles af van de kijkcijfers die dit bureau meet. “Die cijfers worden al meer dan 25 jaar op dezelfde manier gemeten door middel van een ‘representatieve steekproef’: 1250 huishoudens van 2750 mensen hebben een kastje in huis dat gekoppeld is aan hun tv“, legt de televisiemaker uit.
Daarop moet ieder gezinslid aangeven wanneer hij de tv inschakelt en wanneer hij stopt met kijken. “Onder tv-makers wordt vaak gediscussieerd of die methode wel zo betrouwbaar is. Vooral natuurlijk wanneer hun eigen cijfers tegenvallen.”
Er zouden te weinig mensen deelnemen aan het onderzoek. “Én ze zouden te beïnvloeden kunnen zijn wanneer duidelijk wordt wie zo’n kastje in huis heeft.”
De presentator pleit voor een andere manier van kijkcijfers meten: “Ik denk dat het veel accurater zou zijn om kabelbedrijven als Ziggo en KPN de cijfers te laten meten. Zij weten via digitaal kijken van iedereen exact wie waar en hoelang op afstemt. Maar vanwege privacyregels mogen ze die informatie nog niet delen.”
Tot die tijd moet SKO maar doorgaan, aldus Van der Vorst. “Ach, zolang mijn eigen kijkcijfers meestal hoog genoeg zijn, hoor je mij niet klagen. Zo opportunistisch ben ik dan ook wel weer.”
Foto: RTL