“Dat verbaasde mij niet. Daar ben ik toen ook al duidelijk over geweest”, aldus Molendijk in gesprek met De Telegraaf. Samen met Jamai, Martijn Krabbé en Eva Simons maakt de muziekproducent een selectie van zangers en zangeressen waar het publiek later op kan stemmen.
Dit jaar kijkt het jurylid daarom nog strenger en anders naar de deelnemers. “Er is dit seizoen een aantal nieuwe elementen. Die zijn geënt op: ‘we weten dat je zang goed is, maar kun je het ook verkopen?’ Als je kijkt naar de charts of artiesten met een lange carrière, zijn dat niet per definitie degenen die het beste kunnen zingen.”
Nina won het seizoen van 2016, maar zei in december dat ze de winst liever naar iemand anders had zien gaan. “Ik ben niet gemaakt voor de popmuziek en de hitjes. Ik probeer zelf nummers te schrijven. Ik wil niet alleen de stem zijn, maar ook mijn verhaal vertellen. Ik ben niet het idool. Niet het standaardplaatje. Maar ik vind het gaaf dat ik toch heb gewonnen. Iedereen kan een idool zijn, als je mensen maar raakt.”
‘Wasstraat’
Molendijk wil dat na het komende seizoen duidelijk wordt dat je heel veel in huis moet hebben om “het nieuwe idool” van Nederland te worden. ” Als je meedoet aan de competitie krijg je zoveel tools aangereikt: een zangcoach, liedjes, indien nodig styling. Je gaat door de wasstraat. Voortaan geldt: als je Idols hebt overleefd als ik in de jury zit, staat er iets goeds. Ik wil niet terugkijken van: ‘het was wel aardig’.”