“Ik zat bij DWDD (maart 2016, red.) en sprak me daar negatief uit over hoe Ayaan Hirsi Ali destijds het debat polariseerde. Mijn mening, en niet zo’n extreme volgens mij. Ook daarna stak weer een mediastorm op, met emotionele reacties. Het gierde uit de bocht”, zegt Ficq in gesprek met Margriet.
“Ik trek me dat niet aan, maar denk wel: waarom ben ik in dit programma gaan zitten? Dat is niet uit ijdelheid. Ik ben geen ijdele persoon.”
‘Irritatie’
“Mij bekruipt altijd een enorme irritatie als ik aan Ayaan Hirsi Ali denk (…)”, zei de advocate in debewuste uitzending van DWDD.
“Ze heeft een aantal onderwerpen op de agenda gezet die buitengewoon van belang zijn. Ze heeft ook de politieke islam op de agenda gezet. Maar in het vervolg, in het denken naar oplossingen en het verbinden van mensen, daarin vind ik dat zij een negatieve rol heeft gespeeld.”
Ficqs uitspraken over Hirsi Ali werden breed uitgemeten in enkele media. HP/De Tijd maakte een reconstructie en Elsevier en The Post Online publiceerden kritische bijdragen.
‘Domme taal’
Echt verrast was Ficq niet de over de wisselwerking tussen haar optreden in het programma en de reacties.
“Gewoonlijk ben ik niet dol op belangstelling. Mijn vader was burgemeester, had een openbaar leven. Ik dacht niet: wat leuk, dat wil ik ook. Zeker als je op televisie bent, volgt er direct een stroom aan reacties op sociale media.”
Volgens Ficq doen negatieve reacties haar weinig. “Soms word ik enorm afgezeken. Dat doet me weinig, maar ik vind het wel irritant. Mensen kunnen zo veel domme taal uitkramen zonder te weten waar ze het over hebben.”